In de Arminiuskerk in Rotterdam stond de koffie al klaar. Leidraad voor de Spoorlezing over de levenslessen van Griekse tragedies door prof. dr. Jos de Mul waren eerdere colleges, gebundeld in zijn boek ‘De domesticatie van het noodlot’ (2005), dat ik jaren geleden kocht omdat ik zijn colleges wilde gaan volgen.
We luisterden naar de verhalen van Prometheus en Oeidipus, we analyseerden tekstfragmenten over krachtige vrouwen, zoals Antigone en Medea, en we zagen beelden van het antieke Griekenland, waar het allemaal begon.
Van de tragedie, ontstaan rond 600 v. Chr. uit de Dionysuscultus bij de oude Grieken, zijn de belangrijkste auteurs Aeschylos, Sophokles en Euripides. In hun werk zie je ook de tijdgeest verschuiven van het oude mythologische wereldbeeld naar het rationele wereldbeeld met de opkomende democratie in Athene: van mythos naar logos. De tragedie handelt over de mens die in vrijheid keuzes kon maken.
De hoofdpersoon, soms een vrouw, wordt door het noodlot behoorlijk op de proef gesteld. Door karakterzwakte, zoals hoogmoed, maakt hij of zij verkeerde keuzes en gaat ten onder. Dat doet ons als toeschouwer, hoewel wij het zien aankomen, veel pijn en we zijn blij dat het ons niet overkomt.
Met de intrede van het christendom in West-Europa veranderde onze verhouding tot de tragedie. Tragische gebeurtenissen werden niet meer veroorzaakt door het noodlot maar door de wil van God die ook besliste over ons leven na de dood en we konden niet anders doen dan ons erbij neerleggen.
Vanaf de renaissance taande het geloof in God en kreeg de mens belangstelling voor wetenschap en klassieke cultuur, waardoor er een opleving van de tragedie ontstond door de schrijvers Shakespeare en Racine. We gingen vertrouwen in de techniek en in de maakbaarheid van het leven.
Nu, in de post-moderniteit, waarin God is doodverklaard en de techniek ons leven beheerst, lijkt het erop dat de techniek de plaats van God heeft ingenomen. We lijken er steeds minder grip op te hebben en vragen ons af hoe de moraal gelijke tred kan houden met de techniek.
Interessant was de vraag of de tragedie typisch Europees is of dat hij ook in de VS had kunnen ontstaan. Volgens Jos de Mul is men daar religieuzer dan in Europa en is het geloof in de maakbaarheid van de samenleving er groter, waardoor men verkeerde keuzes die tot ondergang leiden niet vanzelfsprekend als tragisch beschouwt. Ieder individu is daar voor zichzelf verantwoordelijk. In de VS ontbreekt het tragisch besef. In Europa kon hierdoor juist de verzorgingsstaat ontstaan.
Het was een tipje van de sluier. De lezing duurde te kort en was te lang, Jos moest hem vanwege de tijd inkorten, wat jammer was, want hij is een boeiend en humoristisch verteller.
Volgend jaar geeft hij hopelijk weer colleges over de tragedie. Ik zorg dat ik het boek tegen die tijd helemaal gelezen heb.