Als ik ‘s nachts wakker lig en het piekeren begint, houd ik me voor hoe belangrijk het is om er te zijn, in het hier en nu. Hier gebeurt het. Op dit moment. Niet gisteren. Niet morgen. Niet over een jaar, niet over vijf jaar, niet over dertig jaar.
Wat is de essentie van dit moment? Waarom ben ik hier? Waarom ben ik hier nu? Voor mijn toenmalige collega aardrijkskunde waren dit de belangrijkste vragen voor zijn vakgebied. Waarom hunebedden? Waarom zijn ze hier en waarom zijn ze er nu? Waarom smelten de ijskappen van de Noordpool?
Waarom hier? Waarom nu? Zijn dit eigenlijk niet voor ieder vakgebied de belangrijkste vragen? Voor geschiedenis: WOI, voor economie: de crisis van 2008, voor biologie: het DNA? En ook voor mijn vak, Nederlands, voor filosofie en voor de andere talen?
Hoe is de Max Havelaar ontstaan? Wanneer is het boek geschreven en waarom hier? Hoe heeft de gezondheidszorg decennia lang het lichaam en de geest gescheiden kunnen behandelen? Wanneer is die opvatting ontstaan en waarom toen?
Stilstaan bij het hier en nu betekent je bewust zijn van het belang van dit moment. Het leven is kort, zo kort dat we niet eens kunnen inschatten hoeveel er nog voor ons is weggelegd, laat staan of de rest van ons leven ons geluk zal brengen, of gezondheid. Tobben over het verleden, over hoe het allemaal zo gekomen is, houdt ons weg bij dit moment. Piekeren over hoe het straks zal gaan eveneens.
Het is geen eenvoudige opgave om in het hier en nu te blijven. Hier zijn en hier nu zijn, op dit moment, betekent tevreden zijn met wat het leven je nu op dit moment te bieden heeft. Gewoon blij zijn op dit moment, met dit moment. En daarna weer, met het volgende moment.
Dankbaar zijn dat je dit mag meemaken. Dat je het hier en nu mag meemaken. En dat je in het hier en nu bewust aanwezig mag zijn.
Nu slapen…